Napoleon zet er vaart achter
De werkzaamheden vielen af en toe langdurig stil – een paar keer wel zo lang als een eeuw. Maar Napoleon Bonaparte kwam, zag en overwon: hij zorgde er in 1805 voor dat de voorgevel binnen 7 jaar af was. De bouw werd bekostigd door de Franse staat. Helemaal onbaatzuchtig was Napoleon niet; hij wilde graag in de kathedraal tot koning van Italië worden gekroond. En Napoleon zou Napoleon niet zijn als het hem niet zou lukken ook. Tegenover de Dom staat een groot standbeeld van de kleine Fransman te paard. Later is als dank voor zijn genereuze gebaar een beeld van hem op een van de 135 torens geplaatst.
Een bos van torens
Die spitse torens behoren tot de meest in het oog springende kenmerken van de gotische bouwstijl. Geen enkele andere kerk ter wereld heeft zoveel torens als de Duomo. Ze staan niet alleen langs de buitenrand van de kathedraal maar ook over het hele dak en vormen zo een soort kroon rondom de hoofdtoren. Op deze toren staat de ‘Madonnina’, oftewel: de kleine Madonna. Dit is een 14 meter hoog beeld van de Maagd Maria. Het beeld is gemaakt van koper en afgewerkt met 3.900 stukjes bladgoud. Veel van de torens zijn rijkelijk gedecoreerd met ornamenten en beelden. De beste manier om ze te bekijken is vanaf het dak van de Duomo. De lift is de makkelijkste optie, maar de trap heeft meer charme. De klim omhoog loopt tussen de torens door en onderweg wordt u getrakteerd op de mooiste uitzichten. Zo ziet u de Alpen, de hoogste wolkenkrabber van Milaan en het bombastische treinstation Stazione Centrale. Eenmaal boven is het, te midden van al die torens, alsof u in een klein dorp bent beland.