Op safari door Christoffelpark
De Weg naar Westpunt verdeelt op zijn beurt het nationale park in tweeën; aan de oostkant ligt het deel dat naar de kust afloopt, en ten westen van de weg is het grotere deel van het reservaat te vinden, met de 372 meter hoge Sint-Christoffelberg. Landhuis Savonet, een prachtig okergeel plantagehuis uit 1662, is volledig in de originele staat teruggebracht en huisvest nu een museum over de geschiedenis van de 3 reusachtige aloë- en indigoplantages die hier ooit lagen. Het landhuis doet ook dienst als toegangspoort tot Christoffelpark. Vanaf het landhuis kronkelen 8 wandelroutes door het park, waarvan de pittigste naar de top van de Sint-Christoffelberg voert. Deze tocht van 2 uur kan (en mag) in verband met de hitte en gebrek aan schaduw alleen ’s morgens heel vroeg worden gemaakt. Bij het landhuis zijn mountainbikes te huur. Een deel van het park kunt u ook verkennen per eigen (huur)auto, via vier uitgestippelde routes. Carmabi, de organisatie die het nationale park beheert, verzorgt dagelijks een jeepsafari onder leiding van een goed ingewijde ranger.
Baaitjes met stranden en schildpadden
Van crossen over ruige rotsen tot luieren aan een vijfsterrenzwembad: in deze omgeving valt veel te beleven. Direct aan Christoffelpark grenst het nationale park Shete Boka. De ‘7 inhammen’ waarnaar het park is vernoemd zijn er eigenlijk wel 10. Samen vormen ze een borstelig maanlandschap, waar de golven met veel kabaal tegenaan beuken. Op de kleine strandjes nestelen drie soorten zeeschildpadden. Het enige hotel aan deze kant van het eiland is de super-de-luxe Kurá Hulanda Lodge & Beach Club, dat ook dagpassen verkoopt om een middagje met een cocktail te luieren aan het zwembad of op het strand. Jaanchies restaurant is een verplichte stop voor een kom potentieverhogende leguanensoep. Klinkt dat niet aantrekkelijk? Ze hebben er ook elke dag verse vis.