Een majestueus operahuis
De alom geroemde architect Miklós Ybl ontwierp het operahuis in de stijl van de Neorenaissance, met enkele barokke elementen. Eind 19de eeuw waren de verwachtingen van Ybl’s nieuwste werk zeer hooggespannen. Bij de feestelijke opening in 1884 liep een nieuwsgierige menigte zelfs de portiers omver, om als eerste een glimp op te vangen van de gloednieuwe operazaal. Het verhaal gaat dat Keizer Franz Josef, die het enorme project financierde, bij de opening niet gecharmeerd was van het resultaat. Of u het nu mooi vindt of niet, feit blijft dat het een majestueus gebouw is. Bij een bezoek aan het operahuis verkeert u in goed gezelschap: op de façade staan beelden van ’s werelds grootste componisten zoals Liszt, Mozart, Beethoven en Verdi. Twee indrukwekkende sfinxen bewaken de hoofdingang, die toegang geeft tot de royale foyer. Beroemde Hongaarse kunstschilders hebben het interieur gedecoreerd met prachtige fresco’s en mozaïeken. Het auditorium is klassiek ingericht; in de bekleding van de stoelen en de zware gordijnen voeren roodtinten de boventoon.
Een voorstelling bezoeken
De Hongaarse Nationale Opera biedt in dit prachtige pand een uitgebreid programma van klassieke opera’s en balletvoorstellingen, zoals ‘De Notenkraker’ van Tsjaikovski of ‘Madama Butterfly’ van Puccini. Het is een bijzondere ervaring een voorstelling bij te wonen in dit chique operahuis. De prijs van de kaartjes zal u niet tegenhouden, want die is erg laag. De avondvoorstellingen worden steevast drukbezocht door elegant geklede Hongaren. Een aanrader is de zondagmatinee; dan bestaat het publiek voornamelijk uit parmantig geklede oudere dames en heren, die na het koffiehuisbezoek komen genieten van de prachtige muziek.