Krakaus kunstzinnige koninklijke kasteel
Een koninklijke residentie op de Wawel was er al in de 11de eeuw, maar het huidige kasteel dateert uit de 16de eeuw. Krakau was destijds de economische en politieke hoofdstad van het welvarende Polen, en koning Sigismund I de Oude (1467-1548) kon het zich permitteren een somptueus renaissancepaleis op te laten trekken. Het is volgens de laatste mode ontworpen door Italiaanse architecten en uitgerust met 71 zalen. Kom op tijd: het bezoekersaantal is begrensd.
Krakaus kathedraal
In de kathedraal van Krakau werden sinds de 14de eeuw alle Poolse koningen gekroond en begraven. Ook de staatsmannen Józef Piłsudski en Władysław Sikorski kregen hier hun laatste rustplaats, net als de beroemde nationale dichters Adam Mickiewicz en Juliusz Słowacki. Een wandeling langs de praalgraven en door de koninklijke crypte is een tocht door de Poolse geschiedenis – van middeleeuwse vorsten tot de vaders van de republiek. Karol Józef Wojtyła, de latere paus Johannes Paulus II, werd hier in 1958 gewijd tot bisschop.
Onderduiken in de Drakengrot
De grot waarin volgens de overlevering de draak leefde die Krakau terroriseerde, is tegenwoordig te bezoeken. De drakengrot is echter méér dan het decor van de beroemdste Poolse mythe: u kunt via de grot op een semi-avontuurlijke manier van de Wawel afdalen naar rivierniveau. Het is 130 treden naar beneden en vervolgens 70 meter door de klamme grot naar de uitgang. Daar staat aan de rivier de Waweldraak in brons, een werk van beeldhouwer Bronisław Chromy. Vooral kinderen vinden dit een bijzondere attractie: op gezette tijden spuwt de draak vuur.